Souverein Besluit 28 September 1814 N° 11: verschil tussen versies

Uit HisGIS
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 21: Regel 21:


== Artikel 2 ==
== Artikel 2 ==
Te dien einde worden op de begrootingen van den Waterstaat toegestaan de navolgende suppletien op die van den jare 1813. Zelfde afd. derde somma (algemeen Waterstaat) {{bedrag|850}}
Te dien einde worden op de begrootingen van den Waterstaat toegestaan de navolgende suppletien:


Op die van 1814 zesde Afdeeling derde somma (wegen en bruggen) {{bedrag|43.000}}
* Op die van den jare 1813, Zesde afd. derde somma (algemeen Waterstaat) {{bedrag|850}}
* Op die van 1814, zesde Afd., derde somma (wegen en bruggen) {{bedrag|43.000}}


en zulks bij af en overschrijving, voor zoo wel den dienst van 1813 aangaat uit de 9e som de Algemene Begroting, en voor zoo wel betreft den dienst van 1814, uit de 2e afdeling den 9e som van de Algemeen Begrooting over het laatstgemelde jaar.
En zulks bij af en overschrijving, voor zoo wel den dienst van 1813 aangaat uit de 9e som de Algemene Begroting, en voor zoo wel betreft den dienst van 1814, uit de 2e afdeling den 9e som van de Algemeen Begrooting over het laatstgemelde jaar.


== Artikel 3 ==
== Artikel 3 ==

Versie van 30 sep 2019 10:47

Onderdeel van Groote Wegen


Aanhef

Den 28 sept 1814 N° 11

Wy WILLEM by de Gratie Gods, Prince van Oranje-Nassau, Souverein Vorst der Vereenigde Nederlanden, Enz. enz. enz.

Overwegingen

  • Geexamineerd hebbend het gedetailleerd rapport op den 13de dezes jaar ons geaddresseerd door de D.G. van den Waterstaat over de beschrijving der kosten in Dec 1813 en in dezes loopenden jaar van de zoogenaamde departementale wegen geimpendeerd en de ? of eenige en zoo ja welke dezen soort van wegen voortaan door 's lands Kas moeten worden bekostigd;
  • Gezien de baten bij dat rapport behoorende waaruit blijkt dat de kosten over December 1813 bedragen eene somma van ƒ 813.11 en die van het loopende jaar ƒ 42.589.15 terwijl als additioneele centimes in vier Departementen voor het onderhoud der wegen opgebruikt, over dezelfde tijdperken respectivelijk beloopen hebben ƒ 135.48 en ƒ 44.926.
  • Gezien onze besluiten van 13 februarij en 8 maart j.l. N° 1 en 17.

Hebben besloten en besluiten

Artikel 1

De kosten van alle wegen tot dus verre bekend onder den naam van Departementale zullen over het tijdperk loopende van der eerste december 1813 tot des laatste december 1814 uit ’s lands kasse worden goedgemaakt.

Artikel 2

Te dien einde worden op de begrootingen van den Waterstaat toegestaan de navolgende suppletien:

  • Op die van den jare 1813, Zesde afd. derde somma (algemeen Waterstaat) ƒ 850
  • Op die van 1814, zesde Afd., derde somma (wegen en bruggen) ƒ 43.000

En zulks bij af en overschrijving, voor zoo wel den dienst van 1813 aangaat uit de 9e som de Algemene Begroting, en voor zoo wel betreft den dienst van 1814, uit de 2e afdeling den 9e som van de Algemeen Begrooting over het laatstgemelde jaar.

Artikel 3

De Generale Directie van der Waterstaat zal dienvolgend op de voldoening als het voordragen onderhouds gedurende het gemelde tijdperk onderstellen en zal daarentegen het revenu van het additioneel op de directe belastingen van zoo verre het ter zake der Departementale wegen geheven is, komen ten baten der Algemeene Schatkist

Artikel 4

Te rekenen van den Eersten Januarij 1815 zal de heffing van zoodanig additioneel geene plaats maar vinden doch de kosten op het onderhoud der openbare wegen vallende gedeeltelijk en voor zoo veel aangaan de groote wegen niet van fondsen voor den publieke dienst in het algemeen bestemd,